Liever doen als hij nog in leven is. Dus onthulden vicepresident Robert Ameerali en havendirecteur Andreas Talea gisteren een kopstuk van Jules Sedney, de grondlegger van de Nieuwe Haven.-.
Paramaribo – Havenbeheer verdient meer aandacht en erkenning van de lokale gemeenschap en overheid, vindt oprichter Jules Sedney. Zonder het succes van Staatsolie te miskennen, vindt hij dat Havenbeheer ook die plek verdient die Staatsolie binnen de samenleving heeft. Sedney is van mening dat de focus niet op één bedrijf moet liggen, maar op meerdere. Hij geeft echter toe bij de opstart Havenbeheer in 1971 nooit te hebben vermoed dat het bedrijf tot een dergelijke zou uitgroeien.
Sedney waardeert de enorme bijdrage van ex-directeur John Defares aan de ontwikkeling van het staatsbedrijf. Hoewel de huidige directie volgens hem ook heel goed werk verzet, noemt hij Defares de grondlegger van de succesvolle groei.
Havenbeheer vierde gisteren haar 42-jarig bestaan met een receptie, waarbij er een bronzenkop van Sedney werd onthuld. Het idee om de oud-premier te huldigen komt van de directie van Havenbeheer als blijk van waardering voor zijn inzet bij de oprichting van het staatsbedrijf. “Het is uw dag vandaag. Wij dragen deze dag aan u op. Ere wie ere toekomt”, zei directeur Andreas Talea gisteren tijdens de feestelijke bijeenkomst.
Sedney is erg blij met de waardering. De 91-jarige oud-politicus is vooral ingenomen dat deze huldiging komt terwijl hij nog in leven is. Het is volgens hem gebruikelijk in Suriname dat een dergelijke herdenking pas na de dood van de persoon komt. Vicepresident Robert Ameerali, die de onthulling deed, complimenteerde Havenbeheer met het initiatief. Ook feliciteerde hij het bedrijf met de rol die zij in de afgelopen jaren heeft gespeeld. Hij stelt zich voor dat de stichters van het staatsbedrijf toen al begrepen dat er geen economische ontwikkeling mogelijk is, zonder een goede haven.
Tijdens de bijeenkomst presenteerde de voormalige premier eveneens een boek over zichzelf, genaamd: ‘Alles gaat voorbij behalve het verleden’. Hij schetst in het boek “een beeld van zichzelf door de ogen van anderen”.-.
Bron: De Ware Tijd d.d. 12 november 2013